Elk gebouw in Nederland moet brandveilig zijn. Niet alleen omdat het in de wet staat, maar ook voor de eigen veiligheid. Een veilig gebouw geeft een veilig gevoel. Maar waaraan voldoet een brandveilig gebouw eigenlijk? Wanneer is een gebouw brandveilig? En welke normeringen gelden er?
Eisen aan brandmeldinstallaties
In het Bouwbesluit 2012 is een brandmeld- en ontruimingsinstallatie verplicht gesteld. Een brandmeldinstallatie moet voldoen uit de normen van NEN 2535. Wat de precieze eisen zijn, staat in het Programma van Eisen (PvE). De aanleg van een brandmeldinstallatie gebeurt dan ook op basis van dit programma.
In een gebouw waarin veel personen aanwezig kunnen zijn en waar eventueel wordt overnacht, is mogelijk een inspectiecertificaat nodig, met een periodieke controle. Daarvoor wordt een inspectie brandmeldinstallatie ingesteld.
Noodverlichting
Brandveilige gebouwen maken gebruik van noodverlichting. Jaarlijks moet de noodverlichting worden gecontroleerd op het correct functioneren ervan. De eigenaar van een gebouw is geheel zelf verantwoordelijk voor deugdelijk functioneren, en heeft dan ook een zorgplicht.
Voor noodverlichting geldt het normblad NEN 1010. Deze verlichting wordt ingeschakeld bij het uitvallen van alle elektriciteit. Op die manier zijn de vluchtwegen dan alsnog goed zichtbaar en kunnen aanwezigen in het gebouw zichzelf in veiligheid stellen. Je voorkomt hiermee dat iemand in het geval van stroomuitval de weg naar buiten niet meer kan vinden.
Vluchtveiligheid
In het geval van brand, moet men snel naar buiten kunnen om zichzelf in veiligheid te brengen. We noemen dit de vluchtveiligheid van een gebouw. Om veilig naar buiten te kunnen, is het belangrijk dat vluchtwegen vrijgehouden worden. In veel gebouwen blijken vluchtwegen vaak geblokkeerd te zijn of niet juist ingericht te zijn.
Een goede nooduitgang is een absolute must voor een veilig gebouw. Het moet ook voor iedereen duidelijk zijn waar de nooduitgang zich bevindt. Dit kan bijvoorbeeld door verlichte bordjes op te hangen, en een plattegrond te plaatsen met daarop de vluchtwegen. Zo kan iedere aanwezige snel en effectief naar buiten in het geval van nood.
Vuurlast
Bij een inspectie brandveiligheid wordt ook gekeken naar de vuurlast. De hoeveelheid aanwezige vuurlast in een gebouw, zijn aan voorzieningen gekoppeld. Als de vuurlast beperkt blijft, zijn bouwkundige voorzieningen voldoende. Denk bijvoorbeeld aan het aanbrengen van extra brandwerendheid in de gevel of in een brandmuur. Het kan ook zijn dat een sprinklerinstallatie wordt vereist.
De bedoeling hiervan is dat de brand niet zal overslaan naar de buren op een ander perceel. Het is onderdeel van de NEN 6060-normering, waarop een inspecteur kan controleren.